Het Viaduct van Millau

Jullie lazen gisteren zaterdag met 146 mijn dagbegroeting, bedankt daarvoor.

zondag 29 september 2024, een goeiemorgen met Wilfried

Vandaag 3 foto’s die wellicht nooit het boek ‘2 Petits Belges in la Douce France ‘ zullen halen maar zo indrukwekkend zijn dat ik ze u niet wil onthouden.
Met daarbij enkele cijfers over het beroemde viaduct van Millau. Ik heb het jaar na jaar zien opbouwen, vanaf de allereerste boringen in 2001.
De foto’s, werden door An vanop de achterbank van de auto genomen. (4 september 2024). De regen viel op dat moment met bakken uit de lucht en reduceerde onze snelheid tot 50 km/u.

Het Viaduct van Millau (viaduc de Millau) is een meervoudige tuiconstructie over de rivier de Tarn, in de gemeentes Milau en Craissels in het departement Aveyron in Frankrijk.
Het viaduct, op 14 december 2004 geopend door de toenmalige president Jacques Chirac, is de hoogste brug ter wereld (in constructiehoogte, d.w.z. de hoogte van de brugpijlers).

Over het viaduct loopt de autosnelweg (La Méridienne). De A75 verbindt Clermont-Ferrand in het noorden met Béziers en Montpellier in het zuiden
en is onderdeel van een belangrijke route van Parijs naar Zuid-Frankrijk.
Het dal van de Tarn bij Millau was lange tijd een knelpunt in deze route omdat de Tarn alleen kon worden gepasseerd via de oude weg dwars door het centrum van Millau.
Met de aanleg van het viaduct werd de A71/A75 (Parijs-Perpignan 850 km) een volwaardig alternatief voor de drukke Autoroute du Soleil A6/A7 via Lyon (910 km)
of de route via de A20 langs Limoges en Toulouse (880 km).

Kenmerken

Het viaduct bestaat uit acht overspanningen, ondersteund door zeven pijlers van gewapend beton. De middelste stukken overspannen 342 meter, de uiterste overspanningen 204 meter.
De brug ligt 270 meter boven de rivier de Tarn. De lengte is 2460 meter. Er zijn zeven enorme brugpijlers gebouwd, waarvan de hoogste 343 meter de lucht in reikt, iets hoger dan de Eifeltoren.
Dit is de hoogste brugpijler ter wereld. Het brugdek is 32 meter breed, en heeft in beide rijrichtingen twee rijstroken en een vluchtstrook.

Het viaduct is een van de grootste voertuigenbruggen ter wereld, bijna tweemaal zo groot als de vroegere Europese recordhouder, de Europabrûcke in Oostenrijk.

Pijlers en funderingen

Twee weken na het officieel leggen van de eerste steen, 14 december 2001, werd begonnen met het uitgraven van de putten voor de funderingen.
Per pijler werden vier funderingen, vijftien meter diep en met een diameter van vijf meter, aangebracht.
Boven op de funderingen kwam een betonnen zool van drie à vijf meter dik, die in één stuk van 2000 kubieke meter werd gegoten.

Vanaf maart 2002 werden de pijlers opgericht, en iedere drie dagen kwamen die ongeveer vier meter hoger. Dit werd gedaan met glijbekistingen.

Op 9 december 2003, enkele weken eerder dan gepland, waren de funderingen en pijlers klaar. Men heeft daarbij een uitzonderlijke nauwkeurigheid bereikt van twee centimeter loodrecht.

Brugdek

Het brugdek is uit metaal vervaardigd, zodat dit deel van het viaduct transparant oogt en het geheel het landschap niet te zeer overheerst.
Het brugdek weegt 36 000 ton, is 2460 meter lang en 32 meter breed. De middelste brugdelen werden geproduceerd in de fabrieken van Eiffage in Fos-sur-Merr
en werden over de weg vervoerd naar Millau, via Nîmes.. Aangezien het viaduct een beetje gekromd is, moest ieder onderdeel uniek zijn.

Om de secties van het brugdek te verbinden, werden aan beide kanten (zuid en noord) werven opgezet waar al het laswerk werd uitgevoerd. Aan de zuidkant werd 1742 meter in elkaar gezet, aan de noordkant 717 meter. Op die manier werd het merendeel van het werk op de grond uitgevoerd, zodat het risico van het werken op grote hoogte vermeden werd.

De plaatsing van het stalen brugdek op zijn pijlers was een technisch hoogstandje: het dek werd van twee kanten af naar het midden van de brug geschoven door middel van een systeem van hydrolische wiggen in de vorm van afgepunte driehoeken. De bovenste wig werd horizontaal en een stukje verticaal met hydraulische krachtsinspanningen onder de brug geschoven en vervolgens gleed deze wig over een laag teflon op de onderste wig naar beneden, zodat het geheel verplaatst werd. Het viaduct bleef daarbij op de bovenste wig rusten. Dat gebeurde met een gemiddelde snelheid van zeven meter per uur en moest uiterst precies en synchroon verlopen.

Omdat het viaduct bij hoge windsnelheden als een vliegtuigvleugel zou kunnen opstijgen, wanneer deze een stuk over een pijler hing, werden er eerst enkele stalen steunconstructies tussen de pijlers aangebracht. Deze stalen 'tussenpilaren' waren in eerste instantie noodzakelijk om de constructie tot stand te brengen, ook werden van dag tot dag de weersverwachtingen scherp in de gaten gehouden. Er werd uitsluitend gewerkt wanneer het minstens drie dagen op rij goed weer zou zijn.

In een tijd van 15 maanden werden de twee delen tegen elkaar geschoven. Op 28 mei 2004, om 14.12 uur, werden de twee zijden van het brugdek boven de Tarn aan elkaar gelast. De ongelijkheid in hoogte was minder dan een centimeter.

Pylonen

Tijdens het naar elkaar schuiven van de twee brugdekdelen waren twee pylonen nodig om te voorkomen dat het dek (dat gedeeltelijk niet ondersteund hing) zou kantelen. De vijf andere werden eind mei 2004 geplaatst, nadat het brugdek aan elkaar gelast was.

Iedere pyloon weegt 700 ton, is 90 meter hoog en wordt ondersteund door de pijlers. De top van de pyloon boven pijler P2 bevindt zich 343 meter boven de grond.

(tekst en cijfers Wikipedia)

Fijne zondag - à la vôtre
Wilfried

Het Viaduct van Millau
Het Viaduct van Millau
Het Viaduct van Millau